Datamaran laat van London tot Leeuwarden zien dat duurzaamheid niet one size fits all is

Als je goed kijkt, zie je de overeenkomsten: zij hebben de Big Ben, wij de Oldehove. Zij hebben Piccadilly Circus, wij hebben het Zaailand. En zij hebben Arsenal en wij hebben Cambuur. Ja, in essentie is London net Leeuwarden. Dat concludeerde ook Marjella Lecourt-Alma, al doelde zij meer op het tech-netwerk: “Als je één iemand kent, ken je iedereen.” De oprichter van Datamaran heeft inmiddels vier kantoren en laat van New York tot Valencia, London tot Leeuwarden en voor Nike tot JP Morgan zien dat duurzaamheid niet voor de bühne, maar strategisch is.

 

Feesten in de Big Apple
“Het begon allemaal in 2012 op een feestje in New York”, vertelt Marjella die zelf uit Zwaagwesteinde komt. “Ik luchtte mijn hart aan ene Jean-Philippe en zijn beste vriend Jerome over de frustratie die ik voelde. Voor een stichting was ik elke dag bezig met het duurzaamheidsverhaal, maar merkte dat het nergens naartoe ging. Mensen zagen het als iets dat er even ‘on the side’ bij moest gebeuren en door uitspraken als ‘Als het niks kost, kan het toch niet belangrijk zijn?’, merkte ik dat mensen er de ernst niet van inzagen.

Jean-Philippe en Jerome zeiden: ‘Waarom doe je daar dan niks aan?’ Ze vonden dat ik de ideeën en het netwerk had én wilden zelf wel aan boord stappen. Met mijn strategische ervaring, de operationele achtergrond van Jean-Philippe en computer science-kennis van Jerome vulden we elkaar inderdaad goed aan. En met de missie om met technologie te bewijzen welke duurzaamheidsonderwerpen belangrijk zijn voor senior decisionmakers, ontstond Datamaran. En oh ja; ik bleek met Jean-Philippe die avond ook mijn toekomstige man te hebben ontmoet.”

 

Werken voor Amazon en Phillips
Inmiddels werkt Datamaran voor zo’n honderdveertig klanten waaronder JP Morgan, Nike, Amazon, Ahold en Phillips. “We zijn begonnen door op een rij te zetten welke bedrijven mogelijk behoefte hadden aan onze hulp, vervolgens hebben we hen benaderd en gevraagd of we ze mochten gebruiken in onze eerste investeerdersbrochure. Heel simpel, maar daardoor stonden logo’s en testimonials van bijvoorbeeld KPMG Global en Suncor Energy in onze eerste folder en is het balletje gaan rollen.

Essentieel hierin zijn vooral de juiste positieve mensen. Je komt zoveel ‘naysayers’ tegen die zeggen: ‘Waarom zou jou dit lukken, je hebt toch je netwerk alleen in New York?’ of ‘Jullie hebben de kennis hiervoor niet’. Daarnaast moet je beseffen dat je niet meteen een mega sales enterprise bent. Ik zeg altijd: 'how does one eat an elephant? One bite at the time'. Dat betekende voor ons dat we met ons idee naar bedrijven zochten die ons wilden helpen met de ontwikkeling. Toen we daadwerkelijk iets hadden, gingen we weer op zoek naar bedrijven die konden ondersteunen in de volgende fase.

Het herkennen van de fase waarin je startup zit is hierin enorm belangrijk, alleen zo krijg je de juiste hulp. Bij elke fase horen andere verwachtingen en een ander verhaal. Eerst haal je kennis en geld op puur op basis van je team en idee, daarna moet je iets laten zien waarbij het erom draait óf je product het gaat redden en vervolgens staat je product-market fit centraal. Elke keer wordt er iets anders gevraagd en je moet niet aankomen met BS. Durf je risico’s aan te geven; hier staan we, maar daar zijn we absoluut nog niet.” 

Ik zeg altijd: how does one eat an elephant? One bite at the time."

Marjella Lecourt-AlmaDatamaran

Just do it
Twaalf jaar later zit Marjella met mensen van Nike om tafel. Het doel? Laten zien dat duurzaamheid geen ‘box ticking exercise’ is. “Uiteindelijk draait het ons om impact maken en daar zorgen we voor door bedrijven goed te adviseren. Zij krijgen vaak het advies: 'Probeer het allemaal maar, dan kom je misschien hoog in de rankings.' Wij zeggen juist het tegenovergestelde. Duurzaamheid is namelijk iets dat je specifiek moet toespitsen op je waardes. En bij Nike gaat het dan om duurzaamheid in de supply chain, maar ook intern kijken naar women empowerment; dit wordt naar buiten breed uitgedragen, maar zit dat intern ook goed? Op die manier maak je duurzaamheid, een onderwerp dat door veel leiders van grote bedrijven als Gen-Z thematiek wordt gezien, opeens strategisch en gaat het van risicomanagement naar concurrentievoordeel.”    


Duurder werkt beter
Verduurzamen kost geld, alleen hoeft dit geen nadeel te zijn volgens Marjella: “Ik vind het interessant om te kijken hoe commercieel we duurzaamheid kunnen maken. En ik ben de eerste die altijd zegt dat het nooit goedkoper gaat worden, alleen maar duurder. Maar als je kijkt naar de belangrijke decisionmakers in grote bedrijven, dan bepaalt het prijspunt vaak het belang voor hen. Goedkoop betekent daardoor ook vaak onbelangrijk. Het moet iets kosten om geen ‘side business’ te worden.


Opschalen met stabiel talent
Met hun werkplek in Leeuwarden opende Datamaran vlakbij Marjella’s geboorteplaats hun vierde kantoor, maar de keuze voor Friesland komt niet alleen door haar eigen roots. “Leeuwarden is echt interessant in het vinden van talent, zo werken we veel met Campus Fryslân en NHL Stenden. Het talent is trouwens niet alleen voor ons, maar ook onze klanten interessant. Zij zijn altijd wanhopig op zoek naar mensen met verstand van duurzaamheid, daarom willen we als matchmaker optreden, iets dat ik als Fries ontzettend cool vind. 

Maar deze regio is ook interessant omdat ons bedrijf speciaal is voor studenten: veel van hen willen hier blijven zolang er werkgelegenheid met een internationale connectie is. En we merken dat het talent dat we vervolgens binnenhalen veel stabieler is. Met hen willen we nu opschalen. We hebben intern een document dat ‘Datamaran Thousand’ heet en gaat over ons doel om van honderdveertig naar duizend klanten te gaan. Maar als we echt mogen dromen kan het nog veel groter, zeker als je beseft dat met de huidige wet- en regelgeving alleen in de Europese Unie al vijftigduizend bedrijven moeten verduurzamen.”